BAKKEN VOL KENNIS IN AMSTELVEEN

Door: René Hillesum, Zwijndrecht

  ​This article is published in Filatelie - September 2013, see www.defilatelie.nl.
  Click here for the original article with images (PDF).

De kaartenbakken van een keurmeester zijn natuurlijk ‘goud’ waard. Als deze vervolgens over Nederland gaan èn in Nederland worden ondergebracht is er reden voor een verhaal.
 

Dr. Albert Louis
In het juninummer van Filatelie heeft u kunnen lezen dat de bekende Duitse Nederlandverzamelaar en keurmeester Dr. Albert Louis op 6 mei van dit jaar is overleden. Als keurmeester moet je natuurlijk over zeer veel kennis beschikken. Niet uitsluitend algemene en literatuurkennis van het te keuren gebied, maar ook weten wat er op de markt is (en was!), wanneer iets werd aangeboden en de beschikbaarheid van het materiaal. Daartoe heeft dr. Louis in de loop der jaren een enorme cartotheek opgebouwd bestaande uit 22 kistjes, boordevol informatie. Vrijwel alle belangrijke stukken uit de Nederlandse klassieke filatelie zijn er in terug te vinden, voorzien van een afbeelding en de geschiedenis waar en wanneer het werd aangeboden.
 

Naar Nederland
Gelukkig is deze kennis van dr. Louis niet verloren voor het nageslacht. Na zijn overlijden heeft de familie besloten dat de enorme collectie informatie bewaard  moet blijven, niet verkocht wordt en -en dat is natuurlijk heel goed nieuws- dat deze in Nederland het beste op zijn plaats is. Er is over nagedacht op welke wijze de collectie het beste tot zijn recht zou komen, waarbij uitgangspunt was deze compleet bewaard blijft voor het nageslacht en enigermate toegankelijk zal zijn.
 

‘Thuis’ bij Corinphila
De familie Louis is ‘dicht bij huis’ terecht gekomen. De zoon van dr. Louis, Karl Louis, is mede eigenaar van de veilinghuizen Heinrich Köhler in Wiesbaden, Duitsland en Corinphila in Zürich en ... in Amstelveen! Contact met directeur Gerard Garritsen van Corinphila Amstelveen was natuurlijk snel gelegd. Samen waren ze het er over eens dat Amstelveen een ideale plek is om de collectie een goed onderkomen te bieden. Op 2 juli vond de overdracht plaats. Karl Louis bracht persoonlijk de kaartenbakken naar Amstelveen waar ze door Gerard Garritsen in ontvangst werden genomen. (afb. 1)
De collectie ‘kennis’ bestaat niet alleen uit de 22 kaartenbakken, maar bovendien meters Nederlandse veilingcatalogi. Heel veel van de opgetekende stukken zijn dan ook direct te traceren in de betreffende veilingcatalogus. 

Naslag 
De collectie is nadrukkelijk beschikbaar als naslagwerk, maar niet vrij toegankelijk. Al naar gelang dat er tijd en gelegenheid voor is, kan echter wel op afspraak van de mogelijkheid tot naslag gebruik gemaakt worden. Dat de collectie niet vrijelijk toegankelijk is heeft ook met de onvervangbaarheid van de collectie te maken. Het opnieuw vergaren zou jaren werk kosten en het specifieke door dr. Louis verrichte werk als keurmeester zou niet te reconstrueren zijn. De collectie is -in letterlijke zinuniek: er bestaat geen kopie van noch is deze digitaal beschikbaar. Gerard Garritsen heeft laten weten dat de cartotheek verder zal worden bijgehouden.
 

Onschatbare waarde
De waarde van de collectie als naslagwerk kan het beste geïllustreerd worden met een voorbeeld. Laten we de eerste emissie van Nederland nemen, Emissie 1852. Aangezien 2013 het Nederland- Rusland jaar is (www.nlrf2013.nl), nemen we de brieven naar Sint Petersburg onder de loep. Niet de kleinste stad: nu niet (met ruim 5 miljoen inwoners) maar ook toen niet. In 1855 woonden er al 513.000 mensen. Ter vergelijking: Amsterdam in 1850: 214.000 inwoners. In 1855 was het tevens de hoofdstad van Rusland (tot 1918). Wie nu denkt dat een eerste emissie brief van Nederland naar Sint Petersburg geen zeldzaamheid is, komt bedrogen uit. In de kaartenbakken bevinden zich slechts negen brieven
(afb. 2) met een zegel van de Emissie 1852. Niet echt veel dus!
 

Heel zeldzaam
Als we deze negen brieven nader bekijken, leren we echter nog meer: acht zijn er verzonden uit Amsterdam en gericht aan dezelfde geadresseerde (H.(Heinrich) Schliemann) en slechts één brief is aan ander andere geadresseerde, verzonden vanuit Hillegom maar met stempel Haarlem. Heel zeldzaam dus. (afb. 3+4) Laten we die ene brief aan de ‘andere’ geadresseerde eens nader bekijken. De brief werd verzonden door de bollenfirma Van Waveren, en de inhoud gaat ook over bloembollen. De brief is gericht aan Graaf L. (Lev Alekseev) Perovskij (1793-1856). (afb. 5) Als je in die tijd graaf was in Rusland, had je vrijwel zeker iets met de overheid van doen. Dat komt mooi uit, want daar is een prachtig naslagwerk over verschenen: “Geschichte Der Behördenorganisation Russlands Von Peter Dem Grossen Bis 1917”. Geschreven door Erik Amburger en in 1968 in Leiden uitgegeven bij E.J. Brill. Volgens verwachting komt ‘onze graaf op verschillende plaatsen in dit boek voor. De bekende brief werd in mei 1853 aan hem verzonden. Perovskij was toen (1852-1856) kabinetschef van tsaar Nicolaas I en het laatste jaar van tsaar Alexander II. De achterkant toont het aankomststempel van Sint Petersburg (zonder plaatsnaam) ‘ingekomen’ en ‘middag’ op 8 mei. Dit is het algemeen gebruikte stempel voor inkomende buitenlandse post (dit type: 1836-1855). De bijzondere stempels voor de kanselarij (waar deze brief ongetwijfeld binnenkwam) werden pas in 1864 in gebruik genomen. Totaal zijn er -achtereenvolgens vijf verschillende stempels van de kanselarij in gebruik geweest. Het hier afgebeelde eerste stempel van de kanselarij van de tsaar (dit stempel is van de vijf met 23 jaar het langst in gebruik geweest) op een inkomende brief uit Stadthagen, 1885. (afb. 6)

Raadpleging
Zoals geschreven, de cartotheek (afb. 7) is al naar gelang er tijd en gelegenheid voor is te raadplegen. Geïnteresseerden kunnen hiertoe contact opnemen met Nathan Bouscher: 020-6249740 [email protected]